Christiana Morgan, een van de muzen van jung

Verslag lezing Tannie Willemstijn voor de IVAP – Driebergen, 24-2-2024
door Mieke Schram

Tannie Willemstijn neemt ons mee naar Amerika, begin vorige eeuw, waar Christiana Morgan in 1897 geboren wordt en opgroeit. Zij is een dochter van welgestelde ouders. Afstammend van de Pilgrim Fathers, maar ook met Indiaans bloed van moederskant, is Christiana zich al jong bewust van het feit dat zij zich niet wil conformeren aan de eisen die aan een vrouw uit dat milieu en in die tijd gesteld werden, een fraai ornament te zijn voor een toekomstige echtgenoot. Zij geniet van het werken in de tuin met haar vader.

Ze heeft een rijke binnenwereld.

Tijdens de Eerste Wereldoorlog leert ze Bill kennen, William Morgan. Hij dient in de oorlog en komt met een shellshock terug. In die tijd gaat Christiana in de verpleging en zorgt voor mensen met Spaanse griep. Later gaat zij naar de Kunstacademie, alles zeer tegen de zin van haar ouders. Zij trouwt met Bill en ze krijgen een zoontje. Het huwelijk houdt geen stand, het kind gaat naar kostscholen en wordt verzorgd door nanny’s. Eigenlijk wil Christiana geen kinderen. Zij wil zelf leren voelen en zichzelf leren kennen door te voelen.

Ze leert in 1923 Henry Murray kennen, die op dat moment al zeven jaar getrouwd is. Ze hebben iets met elkaar, maar voor Henry ontstaat een ernstig conflict. Henry gaat op advies van Christiana naar Europa, naar Jung, om met hem zijn driehoeksverhouding te bespreken. Jung herkent de situatie en bespreekt met Henry dat hij er een vorm voor kan vinden. Er zijn vrouwen die in de wieg zijn gelegd voor het zorgen voor kinderen en het gezin, en er zijn vrouwen die een eigenheid hebben en muzen kunnen zijn voor de man, door hun eigen innerlijk leven tot wasdom te brengen, en tevens dat van de man. Jung projecteert wellicht een en ander in deze situatie. Christiana is vanaf 1926 in therapie bij Jung, en Jung valt voor haar. Hij raadt haar aan om haar visioenen op te tekenen in een boek, zoals hij dat zelf ook deed in zijn zwarte boeken. Zij heeft veel beelden in diepe trance. Ze zijn vergelijkbaar met het proces dat Jung zelf heeft doorgemaakt. Vrouwelijke godinnen-figuren komen op. Zij schildert mooie afbeeldingen, per slot van rekening heeft ze een kunstopleiding gedaan.

Ze vraagt zich af of ze het zelf wil, of dat ze het doet om de ander gelukkig te maken. Meer dan honderd visioenen schreef ze op deze manier uit en maakte er beelden bij. In haar beelden wordt het aardse, het chtonische verbonden met het geestelijke, onder andere vormgegeven door de kundalini, de slang die zich opricht vanuit het eerste chakra. In haar stoffelijk lichaam vindt ze haar spiritualiteit. Daarmee ontstaat ook een diepe acceptatie van haar eigen seksualiteit. Later heeft Jung deze beelden gebruikt in de Vision Seminars. Christiana geeft daarvoor toestemming onder voorwaarde dat haar naam niet bekend zou worden.

Een deelnemer, die Christiana kent, ontdekt dat het over haar beelden gaat. Dan vraagt Christiana de beelden terug en stopt Jung met de seminars.

Met Henry heeft Christiana haar hele leven een relatie gehad, maar hij is nooit gescheiden. Toen zijn eerste vrouw overleed, trouwde hij opnieuw. Met Henry leefde zij al haar visioenen uit. Ze heeft in Amerika een toren laten bouwen, naar het voorbeeld van Bollingen, waarin zij woonde. Altijd heeft ze zich afgevraagd, hoe kan ik een vrije vrouw zijn.

Haar kleindochter, met wie Tannie contact heeft, wil de toren in stand houden als eerbetoon aan haar grootmoeder en haar gedachtegoed. Je kunt zeggen dat Christiana een vrouwelijke psychologie ontwikkelde. De wedergeboorte van de godin.

Christiana sterft in 1967 door verdrinking. Het is nooit duidelijk geworden of het zelfmoord was of een ongeluk.

Helaas is het in het tijdsbestek dat er was, en door het enthousiaste en bezielde verhaal van haar leven, niet mogelijk geweest voor Tannie om veel afbeeldingen te laten zien. 

De beelden zijn zeker een nieuwe lezing waard.



verschenen in het Jung Bulletin 2-2024